Doorgaan naar de inhoud

Hongaars

Magyar nyelv

Aantal moedertaalsprekers

Ongeveer 15 miljoen

Officiële taal in

Hongarije: ongeveer 10 miljoen sprekers, EU

Minderheidstaal in

Roemenië (2 M), Slowakije (1 M), Oekraïne (250 000), Servië, Kroatië, Slovenië (samen ab. 700 000) en Oostenrijk (50 000), de regionale taal in Slowakije, Servië en Slovenië.

Taal van diaspora

VSA, Canada, Israël, Duitsland, Frankrijk, Groot-Brittannië, Brazilië, Rusland, Australië, Argentinië, Chili

Alfabet
44 {Latijns alfabet + á é í ó ö ő ú ü ű)
Grammaticale naamvallen
18
Taalcode
hu, hun
Taalkundige tipologie
agglutinerend , woordsamenstelling , klinkerharmonie , pro-drop , vrije woordvolgorde, SVO /SOV
Taalfamilie
Oegrische taal, het grootste lid van de Fins-Oegrische talen (binnen de Oeralische taalfamilie)
Aantal dialecten
10

Langste woord

kwalificatie-onderzoek voor hoofd van de afdeling voor procesbeheersing
"onprofaneerbaarheid"

Eigenaardig woord of zin

Hongaren gebruiken veel e klanken, en een taalspel Esperente bestaat erin enkel woorden te gebruiken met e klinkers, bijvoorbeeld
Een uitstekend systeem dat u kan helpen mensen en tal van andere dingen te vinden. (Internet)
Hij beklimt de berg met enthousiasme
Zin met alleen maar ö /ø/:
Vijf Turken slaan vijf Grieken met eeuwig plezier.

Interessante feiten

De volgorde van naam, addres and datum is verschillend van die in andere Europese talen:

  • Familienaam + voornaam:
    Kovács Mária, Kiss Péter
  • Stad, straat, nummer:
    Budapest, Gizella utca 3
  • Jaar, maand, dag:
    2013.08.10.

Geschiedenis

De Hongaarse taal heeft een geschiedenis van duizenden jaren die teruggaan tot in Azië. De meest verspreide mening is, dat het tot de Finoegrische talen behoort. Het scheidde zich ongeveer 3000 jaar geleden af van de meeste andere Finoegrische talen in de buurt van het Oeralgebergte. Het is sterk beïnvloed geweest door de Turkse talen. Er is geen schriftelijk document uit de prehistorie van het Hongaars.

De agglutinerende structuur en een deel van de basiswoordenschat (de woorden kéz 'hand', vér 'bloed', 'paard', hal 'vis', víz 'water', etc.) vertonen gelijkenis met de Finse. Zie ook verwante woorden in Fins-Oegrische talen. Een aanzienlijk deel van zijn oude woordvoorraad kan worden herleid tot Turkse talen, bijvoorbeeld gyümölcs 'fruit', alma 'appel', búza 'tarwe', sajt 'kaas', sör 'bier', bor 'wijn', disznó 'varken'.

Schrijfsysteem en uitspraak

  • a
  • á
  • b
  • c
  • cs
  • d
  • e
  • é
  • f
  • g
  • gy
  • h
  • i
  • í
  • j
  • k
  • l
  • ly
  • m
  • n
  • ny
  • o
  • ó
  • ö
  • ő
  • p
  • q
  • r
  • s
  • sz
  • t
  • ty
  • u
  • ú
  • ü
  • ű
  • v
  • w
  • x
  • y
  • z
  • zs

Een oud Hongaars schrift, het zogenaamde rovás alfabet (runeschrift - van rechts naar links) werd veranderd naar het Latijnse alfabet onder de eerste Hongaarse koning Stefanus I (regeerde 997-1038).

Het Hongaars heeft 14 klinkers en 25 medeklinkers, geschreven met het gebruikte Latijnse alfabet en 9 letters met diakritische tekens (á, é, í, ó, ö, ő, ú, ü, ű).

Elke klinker heeft een korte en lange versie, aangeduid met een 'accent' op de letter. Aandacht: kor = 'leeftijd' - {Geluid2} = 'ziekte'!

Letter Voorbeeld
a nagy (groot)
á lány (meisje)
e nem (neen, niet)
é szép (mooi)
i kicsi (klein)
í ír (schrijven)
o mozi (cinema)
ó (goed)
ö jön (komen)
ő főnök (baas)
u kutya (hond)
ú úgy (zo)
ü ügy (zaak)
ű sűrű (dicht)

Elke medeklinker kan een lange versie hebben, maar niet aan het begin van een woord (bijvoorbeeld ebben 'hierin', szebb 'mooier'). Aandacht megy = 'gaat' - meggy '(zure) kersen'!

Letter Voorbeeld
p szép (mooi)
b barát (vriend)
t téma (thema)
d dél (middag)
ty tyúk (kip)
gy gyerek (kind)
k kicsi (klein)
g hideg (koud)
f fa (boom)
v van (is)
sz szép (mooi)
z az (de)
s és (en)
zs zsák (tas)
h hír (nieuws)
c cél (doel)
cs csak (enkel)
dz edz (verharden)
dzs dzsessz (jazz)
m ma (vandaag)
n nem (neen, niet)
ny anya (moeder)
l lány (meisje)
r ír (schrijven)
j, ly jön, lyuk (komen, gat)

De uitspraak van het Hongaars is vrij regelmatig en vloeiend.

Grammatica

Het Hongaars heeft een speciale structuur, waar de meeste van de grammaticale en syntactische functies worden uitgedrukt door woordelementen vastgemaakt aan de stam van het basis-woord (agglutinerende taal).

Het agglutinerende karakter van het Hongaars betekent dat woorden vaak bestaan ​​uit verschillende woordelementen (morfemen) die hun eigen functies hebben. Ze nemen de rol van afzonderlijke woorden als voorzetsels of bezittelijke bijvoeglijke naamwoorden en andere uit de Indo-Europese talen.

Een vorm van zelfstandig naamwoord kan als volgt ontstaan: het meervoud achtervoegsel, het bezittelijk achtervoegsel (equivalent van "mijn, uw, zijn", etc.), en de naamvalsuitgang worden toegevoegd aan de basiswoord (zie barátoméban).

De 18 naamvalsuitgangen (over het aantal is er discussie):

Uitgang Voorbeeld
Nominatief /- barát (vriend)
Accusatief -t/at/ot/et/öt barátot (vriend+accusatief)
Datief -nak/nek barátnak (aan (een) vriend)
Instrumentalis -val/vel baráttal (met (een) vriend)
Causaal-finaal -ért barátért (voor (een) vriend)
Translatief-factitief -vá/vé baráttá ((een) vriend (worden))
Inessief -ban/ben barátban (in (een) vriend)
Superessief -n/on/en/ön baráton (op (een) vriend)
Adessief -nál/nél barátnál (bij (een) vriend)
Sublatief -ra/re barátra (naar (een) vriend toe)
Delatief -ról/ről barátról (van (een) vriend)
Illatief -ba/be barátba ((een) vriend in)
Elatief -ból/ből barátból (uit (een) vriend)
Allatief -hoz/hez/höz baráthoz (naar (een) vriend)
Ablatief -tól/től baráttól (van(af) (een) vriend)
Terminatief -ig barátig (tot (een) vriend)
Formalis -ként barátként (zoals/als (een) vriend)
Essief-formalis -ul/ül barátul (als vriend)

Hongaarse naamwoorden kunnen tot 1000 verschillende vormen hebben! Er zijn ook achterzetsels in het Hongaars, zoals előtt 'vóór', mögött 'achter': a ház mögött 'achter het huis'.

De locatieve naamvallen (en achterzetsels) drukken dus ook de oorsprong, de plaats en de richting aan zoals in het Fins:

Vanwaar Waar Waarheen
házból
(komen) uit het huis
házban
(zijn) in het huis
házba
(ga) het huis in
ház mögül
(kom) van achter het huis
ház mögött
(zijn) qchter het huis
ház mögé
(gaan) achter het huis

Woordvorming en lexicon

Woordvorming in het Hongaars is productief. Het achtervoegsel -ság/ség kan altijd worden gebruikt om een abstract begrip te vormen, zoals in jóság (goedheid) en szépség (schoonheid). Nieuwe werkwoorden kunnen gemakkelijk gemaakt worden uit zelfstandige naamwoorden door het achtervoegsel -z of -l:

  • számítógép (computer)számítógépez(ik) ('computeren', met de computer werken)
  • Internet → internetez (het internet gebruiken)
  • blog → blogol ('bloggen')

Samenstellen is zeer gewoon in het Hongaars (daarom zijn er veel zeer lange woorden), zoals:

  • állatkert
    dier+tuin 'dierentuin'
  • kávéfőző
    koffie+kooktoestel 'koffiezetapparaat'

Het woord tan ('studie, scriptie') is de basis van veel andere woorden:

  • tanár
    leraar
  • tanít
    onderwijzen
  • tanul
    leren
  • tanuló
    leerling
  • tanulékony
    geschikt
  • tanulatlan
    onopgeleid
  • megtanulható
    leerbaar
  • tanulmány
    studie
  • nyelvtan
    taalstudie (grammatica)
  • hangtan
    geluidstudie (fonetica)
  • számtan
    getalenleer
  • állattan
    dierenstudie, dierkunde (zoölogie)
  • növénytan
    plantenstudie (botanica)
  • géptan
    machinestudie (mechanica)
  • hittan
    geloofstudie (godsdienstleer)
  • tankönyv
    leerboek

De afleidingen van het werkwoord ad ('geven') door werkwoordelijke voorvoegsels tonen de omvang van betekeniswijziging:

  • átad
    teruggeven
  • bead
    opgeven
  • belead (mindent)
    (alles) in geven
  • elad
    verkopen
  • előad
    voorstellen
  • felad
    opgeven
  • hátraad
    weergeven, teruggeven
  • hozzáad
    bijvoegen
  • idead
    geven
  • kiad
    publiceren
  • lead
    doorgeven, overhandigen
  • odaad
    geven
  • összead
    opsommen, samenvatten
  • ráad
    kleden
  • továbbad
    doorgeven
  • túlad vmin
    zich van iets ontdoen

Er is geen grammaticaal geslacht in het Hongaars, er zijn zelfs geen afzonderlijke persoonlijke voornaamwoorden voor zij en hij, maar één ő, (en alleen gebruikt voor nadruk). Men kan veel bladzijden van een roman lezen zonder het geslacht van de genoemde mensen te kennen.

In de familierelaties is leeftijd belangrijk, er zijn eenvoudige woorden voor jongere zus húg en oudere zus nővér, maar geen eenvoudig woord voor zus en ze worden gewoonlijk gebruikt om over familie te spreken. Hetzelfde geldt voor broer, waar de spreker de relatieve leeftijd met öcs of bátya moet opgeven.

Lichaamsdelen die in paren voorkomen worden in het enkelvoud gebruikt:

Szép szeme van
mooi oog+haar/zijn is
Zij/hij heeft mooie ogen.

Er is geen verschil tussen boom en bos, beide zijn fa, tussen huid en leder, beide zijn bőr.

Themawoorden

Grappige of vreemde traditionele spreekwoorden en uitdrukkingen

Terug naar boven