Engels
English language
English language
360 miljoen, ongeveer 70 miljoen in Europa
54 landen, b.v. Europa: Verenigd Koninkrijk (60 miljoen), Ierland (4,5 miljoen), Wereld: Verenigde Staten (267 miljoen), Canada (25 miljoen), Australië (18 miljoen), Nieuw-Zeeland (4 miljoen). Engels wordt ook gebruikt in de voormalige Britse of Amerikaanse kolonies als een officiële taal voor de overheid, het onderwijs of het bedrijfsleven, hoewel de meeste mensen andere talen spreken in hun privé-leven. Deze landen omvatten India (125 miljoen sprekers) en Pakistan (88 miljoen sprekers).
Spanje en Frankrijk (ongeveer 3 miljoen in totaal), voorgeslacht-bewuste VK-afstammelingen in het Gemenebest
De geschiedenis van het Engels is vooral een geschiedenis van interactie met andere talen. Door de eeuwen heen werd het Engels sterk werd beïnvloed door een aantal talen.
Oud-Engels werd beïnvloed door Keltische talen en Latijn, dat gesproken werd toen Germaanse volkeren het eiland van Groot-Brittannië begonnen te bevolken en vervolgens door het Oud Noors gesproken door Noorse indringers. Midden Engels werd beïnvloed door het Normandisch en dan het standaard Frans.
De resultaten van deze interactie betekenden dat de Engelse woordenschat verrijkt werd met woorden uit veel talen, vooral Latijn en Frans. Vleestermen moesten vanzelfsprekend Frans zijn, terwijl de boeren hun Germaanse woorden voor de dieren zelf hielden. Vandaar paren zoals cow/ox (koe) tegenover beef (rundvlees), of deer (hert) tegenover venison (hertenvlees). Om redenen, die niet volledig begrepen worden, verloor het Engels ook de meeste buigingsuitgangen, die eerdere stadia van de taal kenmerkten.
Er bestaan twee basismodellen van de Engelse grammatica. De traditionele grammatica aangeleerd (of vaak ook niet) aan moedertaalsprekers is heel anders dan die, welke onderwezen wordt als een vreemde taal.
De traditionele grammatica voor anderstaligen is merkwaardig in die zin, dat ze veel 'regels' heeft, die geen enkele moedertaalspreker, zelfs de best opgeleide, consequent volgt. Voorbeelden daarvan zijn
Engels wordt geschreven in een op Latijn gebaseerd alfabet met 26 letters en een accent, de apostrof. De Engelse spelling is ingewikkeld en er is slechts een onrechtstreekse relatie tussen de manier waarop woorden worden gesproken en geschreven. Er zijn veel algemene regels, maar ze hebben allemaal veel uitzonderingen.
Dit alles betekent dat Engels-sprekende kinderen op school veel tijd doorbrengen om woorden correct te leren spellen. Het betekent ook dat Engelstaligen ervaren zijn in het hardop spellen van woorden, en gewend zijn dit te doen. Daarom is het belangrijk de namen van de letters te kennen.
De letter z heeft twee namen. De naam [zi:] wordt altijd gebruikt in het Amerikaans Engels, terwijl beide gebruikt worden in andere varianten.
In zeker zin zijn punten zijn zeer belangrijke tekens in het Engels, ook en vooral in Amerikaans Engels, aangezien veel mensen - en vrijwel alle kranten of magazines - scheldwoorden vervangen door drie puntjes gekend als een beletselteken, bijvoorbeeld Wat voor ... of Wat voor f...? , wat een ...ing idioot!
In Europa wordt het Engels vaak gebruikt als lingua franca door mensen in anderstalige communicatie, maar het speelt weinig tot geen rol bij de lokale overheid of het onderwijs (buiten dat het een verplicht vak is op school). Dit soort niet-moedertaal Engels verschilt in vele opzichten van inheemse soorten en een aantal functies die van belang zijn bij inheemse soorten, zoals intonatie-patronen en het aftelbaar/ niet-aftelbaar onderscheid zijn meestal afwezig en anderen zoals het gebruik van lidwoorden en tijden verschillen van inheemse varianten, zo gebeurt ook het lexicon. Sommigen gokken, dat dit kan leiden tot een Europese niet-inheemse standaard die zo verschilt van het inheemse gebruik dat inboorlingen die zouden moeten leren (maar het is niet duidelijk, hoe dit zou worden bereikt).
Er is geen eenduidig klinkersysteem in het Engels, in plaats daarvan zijn er een aantal onderscheiden systemen, die verschillen per gebied, klasse of andere factoren en deze overlappen. Niet alleen is de klinkerinventaris afhankelijk van deze factoren, maar de verdeling van klinkers varieert van dialect tot dialect, zodat pasta wordt uitgesproken als ['pastə] in sommige dialecten en ['pæstə] in andere.
Hier zijn de klinkerinventarissen van de standaarduitspraken in het Verenigd Koninkrijk en de VSA.
Schrijfwijzen | IPA | Voorbeeld | IPA | Vertaling |
---|---|---|---|---|
ee, ea, e-e | i | bead | bi:d | kraal |
i | ı | bid | bıd | bod |
e | e | bed | bed | bed |
a | æ | bad | bæd | slecht |
u- | ʌ | bun | bʌn | broodje |
ur, er | ɜ | burn | bɜ:n | branden |
u, oo, ue | u | suit | su:t | pak |
oo, ou | ʊ | soot | sʊt | roet |
au, augh, ough | o | caught | ko:t | ving |
o- | ɒ | cot | kɒt | veldbed |
a, ar- | a: | cart | ka:t | kar |
enkel onbenadrukt | ||||
-a, -er | ə | speaker | 'spi:kə | spreker |
tweeklanken | ||||
ay, ai-, a-e | eı | bay | beı | baai |
i, i-e, igh, uy, -y | aı | buy | baı | kopen |
oy, oi- | oı | boy | boı | jongen |
uoy, ooey | uı | buoy | buı | boei |
ow, ou- | aʊ | bow | baʊ | buiging |
o, o-e, oe, oa- | oʊ | bow | boʊ | boog |
Schrijfwijzen | IPA | Voorbeeld | IPA | Vertaling |
---|---|---|---|---|
ee, ea, e-e | i | bead | bid | kraal |
i | ı | bid | bıd | bod |
e | e | bed | bed | bed |
a | æ | bad | bæd | slecht |
u- | ʌ | bun | bʌn | broodje |
ur, er | ɝ | burn | bɝn | branden |
u, oo, ue | u | suit | sut | pak |
oo, ou | ʊ | soot | sʊt | roet |
au, augh, ough | ɔ * | caught | kɔt | ving |
o- | a * | cot | kat | veldbed |
enkel onbenadrukt | ||||
-a, -e- | ə | Donna | 'danə | Donna (vrouwennaam) |
-a, -e- | ɚ | Donner | 'danɚ | Donner (familienaam) |
tweeklanken | ||||
ay, ai-, a-e | eı | bay | beı | baai |
i, i-e, igh, uy, -y | aı | buy | baı | kopen |
oy, oi- | oı | boy | bɔı | jongen |
uoy, ooey | uı | buoy | buı | boei |
ow, ou- | aʊ | bow | baʊ | buiging |
o, o-e, oe, oa- | oʊ | bow | bɔʊ | boog |
*Veel Amerikanen maken geen onderscheid tussen deze twee, behalve voor een halfklinker of /r/.